

Laat me al beginnen met een straffe uitspraak:
“In die 80 jaar van ufo-onderzoek is er nog nooit enig bewijs geleverd van buitenaardsen die met hun ruimtetuig(en) de aarde hebben bezocht.
“Geen enkel”. En ik ga u uitleggen hoe dat komt.
Jazeker, U.F.0’s bestaan! Schreef mijn vriend en ufo-onderzoeker Frederick Delaere in zijn boek “UFO’s in België en Nederland: De waarheid achter de waarneming” (Lannoo 2014)’. En Wim Van Utrecht, een andere ufo-vriend is van mening dat ‘UFO-meldingen wetenschappelijke aandacht verdienen. Niet zozeer omdat ze het bewijs zouden zijn van buitenaards bezoek, maar omdat ze ons veel bijleren over merkwaardige natuurverschijnselen, de psychologie van mensen en over de manier waarop wetenschap zelf werkt’.
Frederick, Wim en ikzelf zijn geestesgenoten in het onderzoek naar het ufo-fenomeen. Wij hebben vrijwel dezelfde mening over wat U.F.0 ’s zijn en ufo’s kunnen zijn. Vijfentwintig jaar geleden (1997) schreef ik mijn eerste ‘paper’ (werkstuk/essay) over “50 jaar ufologie – De waarheid bijna nabij”. Het werd een werkstukje waarin ik mijn bedenking en mijn ervaring beschreef over het ufo-fenomeen. Daarna volgde mijn eerste boekvorm “60 jaar ufologie: de waarheid bijna nabij” (2007), daarna “70 jaar Ufologie: U.F.O.’s bestaan, ufo’s niet” (2017) dan “75 jaar Ufologie: U.F.O.’s bestaan, maar ufo’s niet (een update)” (2022) en nu, twee boeken gelijk namelijk “Ufologie voor Jongeren 2.0” en “80 jaar Ufologie: U.F.O.’s bestaan, maar ufo’s niet (de ontnuchtering)" (2027). In al mijn boeken maak ik komaf van het idee dat ufo’s buitenaardse ruimtetuigen zijn. Ze komen NIET van ons eigen zonnestelsel, NIET van verre afgelegen sterrenstelsel, Galaxy’s of exoplaneten.
Ik ben daar zo zeker van dat ik 1 miljoen euro ter beschikking stel aan één iemand die anders beweerd en mij daarvan kan overtuigen met hard bewijs. En dat hard bewijs is eenvoudig. Breng mij bij een buitenaardse in contact om er een visueel en intelligent mee te voeren. Liefst met zijn ruimtetuig erbij. Het reglement vind je elders in deze website. Awel, in de afgelopen 80 jaar heeft nog niemand het bedrag opgeëist.
Zoals je aan mijn schrijfwijze zult zien staat U.F.O in drukletters als Unidentified Flying Object, en ufo/ufo als algemene naamsaanduiding. In mijn boeken gebruik ik aanhalingstekens, onderlijningen of vette letters om nadruk te leggen op bepaalde woorden, betekenissen of zinnen. Hoewel tegenwoordig UAP’s de term du jour is (Unidentified Aerial Phenomena) als vervanging van U.F.O’s omdat deze laatste te fel beladen is in gedachten van ‘vliegende’, ‘objecten’ van ‘buitenaardse oorsprong’. Maar UAP kan ook vertaald worden als (Unidentified Anomalous Phenomenon), wat officiële instanties doen, o.a. Nasa en Pentagon, om zoveel mogelijk de buitenaardse connotatie te vermijden en verschijnselen die zich ook op de grond voordoen te capteren. Echter in mijn boeken gebruik ik nog steeds ufo’s omdat ik in dat ‘tijdperk’ groot geworden ben en mij aan dit acroniem hou.
In mijn nog uit te komen boeken “ Ufologie voor jongeren 2.0” ( begin 2026) en “80 jaar Ufologie: U.F.O.’s bestaan, maar ufo’s niet (de ontnuchtering)" (2027) benadert ik het ufo-verschijnsel anders. Het worden geen boeken met ellenlange opsommingen van ufo-waarnemingen nu en in het verleden, daar zijn al honderden boeken van volgeschreven, maar onderzoek ik hedendaagse hypothesen, stellingen, aannames of bevindingen, om uiteindelijk het bewijs te leveren dat U.F.O.’s bestaan maar ufo’s niet.
“Een hypothese is een voorlopige stelling waarin je aangeeft wat je verwacht te vinden in een onderzoek. Je toets de hypothese met behulp van wetenschappelijk onderzoek, zoals een experiment of correlationeel onderzoek. Je stelt een hypothese op voordat je het onderzoekt en onderzoekt dan de mogelijkheden wat je juiste match is. Een hypothese is dus een aanname die nog wetenschappelijk onderzocht en bewezen moet worden”.
Marc Broux
Ufoloog, schrijver, en nieuwsgierig mens

